Kosten fietsongevallen in Zeeland 8 miljoen per jaar

zeelandGemiddeld komen vier op de duizend Zeeuwen jaarlijks op de Spoed Eisende Hulp van de Admiraal de Ruyter ziekenhuizen in Goes en Vlissingen terecht met letsel door een fietsongeval. Meestal gaat het dan om jongeren van 10-19 jaar en om senioren van 60 jaar en ouder. Voor het grootste deel betreft het een eenzijdig ongeval. De directe medische kosten van fietsongevallen zijn het hoogst bij de slachtoffers van 60 jaar en ouder vanwege de ernst en langdurige zorg.

Dit blijkt uit een rapport dat VeiligheidNL heeft gemaakt in opdracht van het Regionaal Orgaan Verkeersveiligheid Zeeland (ROVZ). Er is gebruik gemaakt van informatie uit het Letsel Informatie Systeem (LIS) van VeiligheidNL en de Landelijke Basisregistratie Ziekenhuiszorg (LBZ) over de jaren 2011 tot en met 2014. In het LIS staan slachtoffers geregistreerd die zijn behandeld op de spoedeisende hulp. De ziekenhuizen in Goes en Vlissingen maken gebruik van dit systeem. Voorheen was er weinig informatie beschikbaar over fietsongevallen. Met de komst van het LIS is het mogelijk om hierover meer informatie boven tafel te krijgen.

Het LIS maakt voor Zeeland ook inzichtelijk wat de kosten zijn, die gepaard gaan met fietsongevallen. Naar schatting bedragen de medische kosten voor heel Zeeland 4,5 miljoen euro per jaar. De kosten van arbeidsverzuim door een fietsongeval bedragen nog eens 4 miljoen euro per jaar. Bijna de helft van de slachtoffers heeft een botbreuk, vooral aan de arm, hand of schouder. Ongeveer 5% loopt een hersenschudding of ernstig hersenletsel op. Ouderen worden vaker opgenomen vanwege de ernst van het letsel. Meestal gaat het dan om een fractuur aan de heup, het bekken of bovenbeen of om hersenletsel.

De ongevallen vinden voor de helft plaats met een gewone fiets. Slachtoffers jonger dan 60 jaar bevinden zich wat vaker op een race- of sportfiets en ouderen op een elektrische fiets. De meeste aanrijdingen met een auto ontstaan op de fietsstrook. Op de fietspaden gaat het meestal om een botsing met een andere fietser. Bij eenzijdige ongevallen spelen regelmatig weersinvloeden en bestrating een rol. Maar ook eigen gedrag en lichamelijke factoren (vooral bij ouderen) spelen mee.

Jongeren wijken vaker uit en zijn veelvuldig afgeleid tijdens het ongeval. In de middengroep is meermaals een racefiets betrokken en is de snelheid hoger tijdens het ongeval. Senioren komen meer ten val bij stilstand, op- en afstappen en bij het afslaan. Op de elektrische fiets vormt snelheid niet het grootste probleem maar de beheersing in onverwachte situaties of het verliezen van het evenwicht, aldus het rapport.

Het rapport geeft ook aanbevelingen om de fietsveiligheid in Zeeland te verbeteren. Zo moet aandacht worden besteed aan jongeren (scholieren in de leeftijd 10-19 jaar) en senioren (60 plussers). Evenwichtsproblemen komen bij deze laatste groep het meeste voor. Er zijn speciale oefeningen om dit te verbeteren. Het ROVZ faciliteert de trainingen.

Onderwerpen: ,

Auteur: Steven Don

Reageren op dit artikel is niet mogelijk.