Gsm- en OV-chipkaartdata maken OV-potentie zichtbaar

In een gezamenlijke studie van TU Delft, Goudappel en DAT.Mobility hebben onderzoekers een methodiek ontwikkeld om OV-chipkaartdata en gsm-data te combineren.

Dit schrijft NM-Magazine in het recente nummer. Volgens de onderzoekers vullen deze datasets elkaar perfect aan: de eerste biedt detailinformatie, maar dan alleen over het OV-gebruik; de tweede is ruimtelijk gezien veel minder gedetailleerd maar het gaat wel over verplaatsingsgedrag in het algemeen. Door deze bronnen samen te voegen kunnen we het openbaarvervoergebruik zonegewijs analyseren in relatie tot de totale vervoersvraag. Het is daarbij mogelijk zowel de ruimtelijke patronen als variaties in de tijd patronen van OV-gebruik te vergelijken. En dat biedt weer mogelijkheden om OV-potentie op te sporen.

In Rotterdam is die aanpak in de praktijk getoetst. In deze studie is onderzocht of het OV-aanbod in de late avond en vroege ochtend overeen met een respectievelijke daling dan wel stijging in de algehele vraag naar vervoer. Uit de resultaten blijkt dat er in Rotterdam potentie is om het OV-bedieningsinterval in de vroege ochtend en in de late avond uit te breiden. In een aantal zones neemt het aantal bezoekers fors toe terwijl het OV-bedieningsinterval juist laag is.
Een tweede case study in Amsterdam richtte zich op de effecten van speciale ‘evenementen’ – festivals bijvoorbeeld. Ook daaruit bleek dat er op verschillende momenten en in verschillende gebieden nog OV-potentie was.

Onderwerpen:

Auteur: Redactie

Reageren op dit artikel is niet mogelijk.