Een op de vier fietsers rijdt door rood

Tijdens een onderzoek in Den Haag bleek dat een kwart van de fietsers door rood rijdt, mannen vaker dan vrouwen.

Dit meldt Noaf, de Nationale Onderzoeksagenda Fietsveiligheid, op basis van een video-observatie-onderzoek van Evelien van de Meel waarmee zij afstudeerde aan TU Delft.

Van de Meel observeerde ‘rood-licht negatie’ op vijf kruispunten in Den Haag. Gemiddeld reed een kwart van de fietsers door rood. Per kruising verschilde dat flink, op de ene was het percentage rood-lichtrijders 4.9 op een andere liep dat op tot 46.8.

Uit analyse van de ongevallencijfers uit de periode 1993-2009 blijkt dat in 11 procent van de geregistreerde fietsongelukken door rood fietsen een rol speelt.

Van de Meel bekeek in hoeverre uit de literatuur bekende factoren meespelen bij het wel of niet door rood rijden. Wat betreft mens-gerelateerde factoren bleken vooral sekse en leeftijd van invloed op door rood rijden. Mannen rijden 1,3 keer zo vaak door rood als vrouwen. Jonge fietsers rijden 1,8 keer zo vaak door rood als oudere fietsers.

Wat betreft infrastructurele factoren was de oversteekafstand bepalend: hoe korter die was hoe meer er door rood werd gefietst. Ook de wachttijd is van belang. Als fietsers langer moeten wachten rijden ze vaker door rood. Dit gegeven kon Van de Meel echter statistisch niet helemaal hard maken.