Pleidooi voor variabel ophaaltarief voor verwijderde fietsen

Weggehaalde fietsen moeten een tijdje worden opgeslagen in een fietsdepot om de eigenaar de kans te geven hem op te halen. De meeste gemeenten rekenen een vast tarief door aan de fietser. Door dit bedrag variabel te maken al naar gelang de duur van de opslag, bewijs je gemeente én fietser een dienst.

Dat stelt CROW-Fietsberaad voor in de notitie ‘Bewaartermijnen verwijderde fietsen’. Die bewaartermijnen bepalen vooral hoe een gemeente met verwijderde fietsen kan en moet omgaan.

Volgens de wet mag een gemeente een verwijderde fiets na 13 weken verkopen of vernietigen of eerder als de bewaarkosten (aanzienlijk) hoger zijn dan de waarde van de fiets. Altijd geldt echter een minimale bewaartermijn van 2 weken.

In de notitie wordt eerst voorgerekend hoe je de bewaarkosten zou kunnen bepalen. Die omvatten de kosten die gepaard gaan met het vaststellen van de overtreding van het APV, het verwijderen en transporteren van de fiets naar het depot, de kosten voor de verkoop van een niet afgehaalde fiets en de administratie van dit alles.  In Amsterdam komt men uit op €34,- aan vaste kosten per fiets plus €3,23 voor elke week dat zo’n fiets in de opslag staat. Een fiets die er de maximale termijn van 13 weken staat kost de gemeente dus €76.

De waarde van een fiets varieert al naar gelang de staat van een fiets. In Amsterdam brengt een goede ‘rijklare’ fiets gemiddeld €222,- op. Maar de meeste fietsen zijn in ‘matige staat’ en leveren bij verkoop niet meer dan €43,- op. Een simpel rekensommetje leert dat de bewaarkosten voor dergelijke fietsen na 3 weken de waarde van de fiets overstijgen. Vanaf dan zou je die fietsen dus kunnen gaan veilen. Voor wat men in Amsterdam noemt ‘werkgelegenheidsfietsen’, opknappertjes dus, is die grens nog eerder bereikt. Die zou je al direct na de minimumtermijn van 2 weken kunnen verkopen.

In de praktijk hanteren gemeenten verschillende bewaartermijnen en regelingen. Den Haag en Apeldoorn hanteren bijvoorbeeld een termijn van 6 weken bij fietsen met een beperkte waarde en 13 weken bij de betere fietsen. De eigenaar betaalt dan een bedrag tussen de €20 en €25, aanzienlijk minder dus dan de werkelijke bewaarkosten.

Met de introductie van een starttarief van bijvoorbeeld €15,- en vervolgens €2,50 per dag zullen fietsers geneigd zijn hun fiets sneller op te halen, hetgeen de kosten voor de gemeente én voor de fietser drukt.
Verder stelt CROW-Fietsberaad voor de fietser een stallingsabonnement te geven ter waarde van het bedrag dat ze moeten afrekenen in het depot. Daarmee stimuleer je dat ze de volgende keer gebruik maken van de bewaakte stallingen. Om te zorgen dat eigenaren van fietsen in de toekomst eenvoudiger te traceren zijn, zouden eigenaren die gebruik willen maken van het gesubsidieerde tarief hun fiets moeten laten labelen (barcode, RFID) en registreren. Bij een volgende overtreding krijgen ze dan meteen een mailtje.

Onderwerpen:

Auteur: Redactie

Reageren op dit artikel is niet mogelijk.