fiets, auto, snelweg

Hubs en snelfietsroute maken Noordoost-Friesland beter bereikbaar

Hoe houd je een gebied dat te maken heeft met krimp, vergrijzing en een afnemend aantal voorzieningen bereikbaar? Een vraag waar de regio Noordoost-Friesland met een nieuwe mobiliteitsvisie antwoord op zoekt. Belangrijkste elementen uit het plan: een netwerk van hubs, een snelfietsroutenet en mensen bewust maken van alle mogelijkheden die er nu al zijn.

Schone lucht, rust en ruimte, dat vind je in Noordoost-Friesland – het stuk tussen Leeuwarden, Drachten en Groningen. De woorden op een van de eerste pagina’s van de mobiliteitsvisie zijn ronduit lovend. In en om de regio heb je de Noardlike Fryske Wâlden, het Lauwersmeergebied, Werelderfgoed de Wadden en de Alde Feanen. “Dit biedt kwaliteit en kansen voor onze inwoners, potentiële inwoners en gasten.”

Vastgesteld

Maar de medaille heeft ook een andere kant. De regio heeft te maken met ontgroening, dubbele vergrijzing en krimp van de bevolking. Dat heeft tot gevolg dat voorzieningen meer geclusterd worden. Voorzieningen komen meer op afstand te liggen en de mobiliteitsbehoefte neemt toe.

Een goede bereikbaarheid moet ervoor zorgen dat Noordoost-Friesland een plattelandsregio blijft waar het mooi wonen, werken en leven is. Hiervoor zorgt de mobiliteitsvisie, die de gemeenten Achtkarspelen, Dantumadiel, Noardeast-Fryslân en Tytsjerksteradiel en de provincie Friesland deze week hebben vastgesteld.

Stagiair

Die bereikbaarheid is echt wel een uitdaging, erkent programmamanager Sjoerd Hoekstra. “Je kunt niet altijd meer het dorp uit komen. Er zijn mensen die geen auto hebben of kunnen betalen. Mensen zijn afhankelijk van de bus. Niet alleen ouderen. Een bekend voorbeeld is de stagiaire bij de zorginstelling die ’s avonds niet haar werk kan komen. Dat is ook vervoersarmoede.”

Van modaliteit naar mobiliteit, daarmee is het plan samengevat

Door een analyse van de ontwikkelingen die er allemaal zijn op het gebied van mobiliteit en hoe het regionaal netwerk er nu uitziet, heeft de regio meer inzicht gekregen in de opgaven om de bereikbaarheid te verbeteren. Belangrijkste elementen uit het plan: een netwerk van hubs, een snelfietsroutenet en mensen bewust maken van alle mogelijkheden die er nu al zijn.

Die tijd is voorbij

Van modaliteit naar mobiliteit, daarmee is het samengevat. De auto blijft een belangrijk vervoersmiddel, ook in de toekomst (kijk naar de nieuwe N356 tussen Dokkum en Drachten). Dit vanwege de lange afstanden, spreiding van de voorzieningen en diffuse wegenpatroon. Maar er is wel een kentering zichtbaar, legt Hoekstra uit. “De tijd dat je een auto koopt als je achttien bent, is voorbij. Jongeren hebben andere wensen. Maar ook bij andere groepen zie je een verschuiving. Sommige mensen kunnen een auto niet meer betalen. Maar er is ook een groep die het niet meer wil, vanwege het milieu.”

De crux is het regionale autonetwerk combineren met een goed openbaar vervoer- en fietsnetwerk, waarbij het makkelijk overstappen is van de een naar de ander.

Het spoor Leeuwarden-Groningen is een belangrijke ruggengraat voor de bereikbaarheid van de regio. Dat wordt dit jaar verder versterkt, vertelt Hoekstra. Er gaan treinen rijden met drie keer zoveel capaciteit. Een tweede sneltrein gaat stoppen in Feanwâlden. De huidige trein stopt in Buitenpost. Daarmee heeft de regio twee sneltreinhaltes met elk hun eigen achterland.

Goede voorzieningen

Bij beide stations moeten mensen eenvoudig kunnen overstappen op allerlei andere vormen van vervoer, is het idee. In eerste instantie moeten reizigers hun auto er makkelijk kwijt kunnen. Bij station Buitenpost is dat al het geval. “Daar hebben we voldoende parkeerplaatsen gerealiseerd”, zegt Hoekstra. “We hoeven geen nee te verkopen.”

Bij Feanwâlden komt een mooi transferium, vertelt hij enthousiast. “Het moet een groen park worden waar je makkelijk kunt overstappen. Er komen bushaltes, goede voorzieningen. We zijn net begonnen met de aanbesteding.”

Maar hoe is dat voor ouderen? Dat is wel een spanningsveld

Ook verderop in de regio komen hubs – alleen in welke vorm precies, dat is nog niet bekend. “We hebben het nog niet gedefinieerd. Er zijn verschillende uitvoeringsvormen.” Dat je er op de bus moet kunnen overstappen, staat vast.

Scharrelen

In 2022 gaat de nieuwe OV-concessie in. Gemeenten worden momenteel bevraagd naar hun wensenlijstje. Duidelijk is al wel dat de lijnen worden gestrekt en dat hubs verbindingen mogelijk moeten maken tussen dorpjes waar de bus niet komt.

Hoekstra is erg te spreken over deze opzet. “Met een paar gestrekte lijnen van a naar b, met onderweg een aantal stops bij overstappunten, heb je een betere verbinding dan wanneer de bus langs alle dorpjes scharrelt. Maar hoe is dat voor ouderen? Dat is wel een spanningsveld.”

In gesprek gaat met de dorpsbewoners is key, vindt hij. Dan peil je de behoefte. Er zijn mogelijkheden voor dorpsauto’s en dorpsbussen, maar je kunt, zegt hij, ook wat anders verzinnen.

Aansluiten

Een ander belangrijk ingrediënt in het plan is de realisatie van een regionaal fiets(snel)wegennet. “F-wegen noemen we ze, met een knipoog naar de N-wegen. Het is grappig bedoeld, maar dan blijft het beter hangen.” De regio heeft een nagenoeg sluitend fietsnetwerk. Het sluit echter nog niet voldoende aan op de ontwikkelingen als opkomst van de elektrische fiets en de speedpedelecs.

Heel veel mensen pakken maar gewoon de auto

“Het is belangrijk dat ze aan bepaalde kwaliteiten voldoen. Niet alleen ruimere bochten, maar bijvoorbeeld ook verharding en oplaadmogelijkheden. Dat ze veilig en herkenbaar zijn en aansluiten op die sneltreinhaltes. Het is het verknopen van de fiets met het OV.”

Op waarde schatten

‘De diverse reismogelijkheden in de regio beter bekend maken’ is ook een van de punten uit het plan. Inwoners en bezoekers blijken zich niet altijd bewust van de mogelijkheden die er zijn om van A naar B te komen, of schatten deze niet altijd op waarde.

“We willen eens goed neerzetten wat er nou allemaal is. Heel veel mensen pakken maar gewoon de auto. Maar wat als je de alternatieven of kosten eens goed inzichtelijk maakt? Er is vaak veel meer mogelijk dan mensen denken.”

Auteur: Jan Pieter Rottier

Reageer ook

Nog maximaal tekens

Log in via een van de volgende social media partners om je reactie achter te laten.

Hubs en snelfietsroute maken Noordoost-Friesland beter bereikbaar - VerkeersNet
fiets, auto, snelweg

Hubs en snelfietsroute maken Noordoost-Friesland beter bereikbaar

Hoe houd je een gebied dat te maken heeft met krimp, vergrijzing en een afnemend aantal voorzieningen bereikbaar? Een vraag waar de regio Noordoost-Friesland met een nieuwe mobiliteitsvisie antwoord op zoekt. Belangrijkste elementen uit het plan: een netwerk van hubs, een snelfietsroutenet en mensen bewust maken van alle mogelijkheden die er nu al zijn.

Schone lucht, rust en ruimte, dat vind je in Noordoost-Friesland – het stuk tussen Leeuwarden, Drachten en Groningen. De woorden op een van de eerste pagina’s van de mobiliteitsvisie zijn ronduit lovend. In en om de regio heb je de Noardlike Fryske Wâlden, het Lauwersmeergebied, Werelderfgoed de Wadden en de Alde Feanen. “Dit biedt kwaliteit en kansen voor onze inwoners, potentiële inwoners en gasten.”

Vastgesteld

Maar de medaille heeft ook een andere kant. De regio heeft te maken met ontgroening, dubbele vergrijzing en krimp van de bevolking. Dat heeft tot gevolg dat voorzieningen meer geclusterd worden. Voorzieningen komen meer op afstand te liggen en de mobiliteitsbehoefte neemt toe.

Een goede bereikbaarheid moet ervoor zorgen dat Noordoost-Friesland een plattelandsregio blijft waar het mooi wonen, werken en leven is. Hiervoor zorgt de mobiliteitsvisie, die de gemeenten Achtkarspelen, Dantumadiel, Noardeast-Fryslân en Tytsjerksteradiel en de provincie Friesland deze week hebben vastgesteld.

Stagiair

Die bereikbaarheid is echt wel een uitdaging, erkent programmamanager Sjoerd Hoekstra. “Je kunt niet altijd meer het dorp uit komen. Er zijn mensen die geen auto hebben of kunnen betalen. Mensen zijn afhankelijk van de bus. Niet alleen ouderen. Een bekend voorbeeld is de stagiaire bij de zorginstelling die ’s avonds niet haar werk kan komen. Dat is ook vervoersarmoede.”

Van modaliteit naar mobiliteit, daarmee is het plan samengevat

Door een analyse van de ontwikkelingen die er allemaal zijn op het gebied van mobiliteit en hoe het regionaal netwerk er nu uitziet, heeft de regio meer inzicht gekregen in de opgaven om de bereikbaarheid te verbeteren. Belangrijkste elementen uit het plan: een netwerk van hubs, een snelfietsroutenet en mensen bewust maken van alle mogelijkheden die er nu al zijn.

Die tijd is voorbij

Van modaliteit naar mobiliteit, daarmee is het samengevat. De auto blijft een belangrijk vervoersmiddel, ook in de toekomst (kijk naar de nieuwe N356 tussen Dokkum en Drachten). Dit vanwege de lange afstanden, spreiding van de voorzieningen en diffuse wegenpatroon. Maar er is wel een kentering zichtbaar, legt Hoekstra uit. “De tijd dat je een auto koopt als je achttien bent, is voorbij. Jongeren hebben andere wensen. Maar ook bij andere groepen zie je een verschuiving. Sommige mensen kunnen een auto niet meer betalen. Maar er is ook een groep die het niet meer wil, vanwege het milieu.”

De crux is het regionale autonetwerk combineren met een goed openbaar vervoer- en fietsnetwerk, waarbij het makkelijk overstappen is van de een naar de ander.

Het spoor Leeuwarden-Groningen is een belangrijke ruggengraat voor de bereikbaarheid van de regio. Dat wordt dit jaar verder versterkt, vertelt Hoekstra. Er gaan treinen rijden met drie keer zoveel capaciteit. Een tweede sneltrein gaat stoppen in Feanwâlden. De huidige trein stopt in Buitenpost. Daarmee heeft de regio twee sneltreinhaltes met elk hun eigen achterland.

Goede voorzieningen

Bij beide stations moeten mensen eenvoudig kunnen overstappen op allerlei andere vormen van vervoer, is het idee. In eerste instantie moeten reizigers hun auto er makkelijk kwijt kunnen. Bij station Buitenpost is dat al het geval. “Daar hebben we voldoende parkeerplaatsen gerealiseerd”, zegt Hoekstra. “We hoeven geen nee te verkopen.”

Bij Feanwâlden komt een mooi transferium, vertelt hij enthousiast. “Het moet een groen park worden waar je makkelijk kunt overstappen. Er komen bushaltes, goede voorzieningen. We zijn net begonnen met de aanbesteding.”

Maar hoe is dat voor ouderen? Dat is wel een spanningsveld

Ook verderop in de regio komen hubs – alleen in welke vorm precies, dat is nog niet bekend. “We hebben het nog niet gedefinieerd. Er zijn verschillende uitvoeringsvormen.” Dat je er op de bus moet kunnen overstappen, staat vast.

Scharrelen

In 2022 gaat de nieuwe OV-concessie in. Gemeenten worden momenteel bevraagd naar hun wensenlijstje. Duidelijk is al wel dat de lijnen worden gestrekt en dat hubs verbindingen mogelijk moeten maken tussen dorpjes waar de bus niet komt.

Hoekstra is erg te spreken over deze opzet. “Met een paar gestrekte lijnen van a naar b, met onderweg een aantal stops bij overstappunten, heb je een betere verbinding dan wanneer de bus langs alle dorpjes scharrelt. Maar hoe is dat voor ouderen? Dat is wel een spanningsveld.”

In gesprek gaat met de dorpsbewoners is key, vindt hij. Dan peil je de behoefte. Er zijn mogelijkheden voor dorpsauto’s en dorpsbussen, maar je kunt, zegt hij, ook wat anders verzinnen.

Aansluiten

Een ander belangrijk ingrediënt in het plan is de realisatie van een regionaal fiets(snel)wegennet. “F-wegen noemen we ze, met een knipoog naar de N-wegen. Het is grappig bedoeld, maar dan blijft het beter hangen.” De regio heeft een nagenoeg sluitend fietsnetwerk. Het sluit echter nog niet voldoende aan op de ontwikkelingen als opkomst van de elektrische fiets en de speedpedelecs.

Heel veel mensen pakken maar gewoon de auto

“Het is belangrijk dat ze aan bepaalde kwaliteiten voldoen. Niet alleen ruimere bochten, maar bijvoorbeeld ook verharding en oplaadmogelijkheden. Dat ze veilig en herkenbaar zijn en aansluiten op die sneltreinhaltes. Het is het verknopen van de fiets met het OV.”

Op waarde schatten

‘De diverse reismogelijkheden in de regio beter bekend maken’ is ook een van de punten uit het plan. Inwoners en bezoekers blijken zich niet altijd bewust van de mogelijkheden die er zijn om van A naar B te komen, of schatten deze niet altijd op waarde.

“We willen eens goed neerzetten wat er nou allemaal is. Heel veel mensen pakken maar gewoon de auto. Maar wat als je de alternatieven of kosten eens goed inzichtelijk maakt? Er is vaak veel meer mogelijk dan mensen denken.”

Auteur: Jan Pieter Rottier

Reageer ook

Nog maximaal tekens

Log in via een van de volgende social media partners om je reactie achter te laten.