Jongeren willen best een auto

jongere_bestuudersHoewel autogebruik bij jongeren afneemt, geven ze aan in de toekomst zelf een auto te willen bezitten. Sterker nog, jonge zakelijke rijders hebben juist het meest ambitieuze toekomstbeeld over de invulling van hun automobiliteit.

De vraag of jongeren afstand nemen van de auto blijft mobiliteitsdeskundigen bezig houden. Vooral uit de VS maar ook in enkele Europese landen, zoals Duitsland, Engeland en Frankrijk komen geluiden dat jongeren minder interesse zouden hebben in de auto.

Onderzoek van het Sociaal Cultureel Planbureau leek ook in die richting te wijzen. Jongeren die relatief veel achter de computer zitten, maken minder gebruik maken van de auto, aldus het Planbureau.

Onderzoekinstituut KiM stelde onlangs echter dat schijnt bedriegt. Jongeren gebruiken de auto minder. Maar dat heeft niets te maken met een andere levenshouding. Ze kopen er later alsnog een. ‘De generatie Y kiest niet voor autoloos, maar voor auto later.’

Die laatste conclusie zou nu min of meer worden bevestigd door Het Nationaal Zakenauto Onderzoek, een initiatief van vakblad Automobiel Management, RDC | Centraal Bureau Mobiliteit Informatie en de Vereniging van Nederlandse Autoleasemaatschappijen (VNA).

De fundamentele attitude tegenover auto en automobiliteit bij jongvolwassenen (generatie Y, 18-30 jaar) is volgens het onderzoek niet anders is dan bij ouderen.

In het onderzoek vergeleek men de houding van ruim 3.000 respondenten door hen te verdelen in twee leeftijdscategorieën: jonger en ouder dan 30 jaar. Hoewel de persoonlijke situatie van de respondenten uit beide groepen duidelijk verschillend is, zijn er grote overeenkomsten qua invulling van de mobiliteit.

Zo blijkt de mobiliteitsbehoefte (in kilometers per jaar) voor werk en privé vrijwel gelijk te zijn, worden andere vervoersvormen nauwelijks gebruikt en staan beide groepen in dezelfde mate kritisch tegenover andere vervoersvormen.

Meer dan 80% van de 30-minners vindt het belangrijk om een ‘eigen’ auto te rijden en is niet bereid deze te delen met anderen. Opmerkelijk is ook dat de gevoeligheid voor de reputatie en status van het automerk of -model gelijk is.

Een tweede duidelijk onderscheid zijn de toekomstverwachtingen. Hoewel jongeren uit kostenoverweging bewuster kiezen voor een auto uit de lagere bijtellingsklasse, hebben ze tegelijk meer ambitieuze verwachtingen over hun volgende auto.

Onderwerpen: ,

Auteur: Redactie

Reageren op dit artikel is niet mogelijk.

Jongeren willen best een auto - VerkeersNet

Jongeren willen best een auto

jongere_bestuudersHoewel autogebruik bij jongeren afneemt, geven ze aan in de toekomst zelf een auto te willen bezitten. Sterker nog, jonge zakelijke rijders hebben juist het meest ambitieuze toekomstbeeld over de invulling van hun automobiliteit.

De vraag of jongeren afstand nemen van de auto blijft mobiliteitsdeskundigen bezig houden. Vooral uit de VS maar ook in enkele Europese landen, zoals Duitsland, Engeland en Frankrijk komen geluiden dat jongeren minder interesse zouden hebben in de auto.

Onderzoek van het Sociaal Cultureel Planbureau leek ook in die richting te wijzen. Jongeren die relatief veel achter de computer zitten, maken minder gebruik maken van de auto, aldus het Planbureau.

Onderzoekinstituut KiM stelde onlangs echter dat schijnt bedriegt. Jongeren gebruiken de auto minder. Maar dat heeft niets te maken met een andere levenshouding. Ze kopen er later alsnog een. ‘De generatie Y kiest niet voor autoloos, maar voor auto later.’

Die laatste conclusie zou nu min of meer worden bevestigd door Het Nationaal Zakenauto Onderzoek, een initiatief van vakblad Automobiel Management, RDC | Centraal Bureau Mobiliteit Informatie en de Vereniging van Nederlandse Autoleasemaatschappijen (VNA).

De fundamentele attitude tegenover auto en automobiliteit bij jongvolwassenen (generatie Y, 18-30 jaar) is volgens het onderzoek niet anders is dan bij ouderen.

In het onderzoek vergeleek men de houding van ruim 3.000 respondenten door hen te verdelen in twee leeftijdscategorieën: jonger en ouder dan 30 jaar. Hoewel de persoonlijke situatie van de respondenten uit beide groepen duidelijk verschillend is, zijn er grote overeenkomsten qua invulling van de mobiliteit.

Zo blijkt de mobiliteitsbehoefte (in kilometers per jaar) voor werk en privé vrijwel gelijk te zijn, worden andere vervoersvormen nauwelijks gebruikt en staan beide groepen in dezelfde mate kritisch tegenover andere vervoersvormen.

Meer dan 80% van de 30-minners vindt het belangrijk om een ‘eigen’ auto te rijden en is niet bereid deze te delen met anderen. Opmerkelijk is ook dat de gevoeligheid voor de reputatie en status van het automerk of -model gelijk is.

Een tweede duidelijk onderscheid zijn de toekomstverwachtingen. Hoewel jongeren uit kostenoverweging bewuster kiezen voor een auto uit de lagere bijtellingsklasse, hebben ze tegelijk meer ambitieuze verwachtingen over hun volgende auto.

Onderwerpen: ,

Auteur: Redactie

Reageren op dit artikel is niet mogelijk.