Bevolkingskrimp leidt niet tot minder verkeer

Krimp van de bevolking leidt niet per definitie tot minder verkeer. Een toenemende welvaart stimuleert meer autobezit en -gebruik. Ook resulteert een toenemende arbeidsparticipatie van vrouwen en de daarmee gepaard gaande combinatie van arbeid en zorg (kinderen halen en brengen, etc.) in meer autogebruik. Per saldo neemt de mobiliteit hierdoor nog toe, ook in regio’s waar de bevolkingsomvang terugloopt. Dit schrijft de SER in het ontwerpadvies ‘Bevolkingskrimp benoemen en benutten’.

Een van de conclusies is dat de ontwikkeling wel vraagt om meer vraagafhankelijke vervoersystemen. In regio’s in het landelijk gebied zal het reguliere openbaar vervoer verder onder druk komen te staan. Dit raakt vooral 65-plussers, minder valide personen en jongeren (scholieren). Een groter aanbod van vraagafhankelijke vervoersystemen, zoals de regiotaxi, kan hier gedeeltelijk in voorzien. Vanwege de lage bevolkingsdichtheid en daardoor lage bezettingsgraad is het niet reëel om alle heil van het openbaar vervoer te verwachten. Beleid gericht op concentratie en (her)spreiding van onderwijs en andere voorzieningen dient rekening te houden met een goede bereikbaarheid, vooral voor die groepen die van zichzelf minder mobiel zijn. Mogelijk liggen hier kansen voor innovatieve ondernemers. Ook burgerinitiatieven kunnen hierbij een rol spelen. Ook een adequate infrastructuur is nodig. Externe ontsluiting is ook voor regio’s met lage bevolkingsdichtheden van groot belang. Zeker als voorzieningen en diensten sterker gebundeld en geconcentreerd worden, is, met inachtneming van de landschappelijke kwaliteit, een goede ontsluiting onontbeerlijk om de toegankelijkheid en bereikbaarheid te verzekeren. Naast fysieke infrastructuur is een optimale digitale ontsluiting, zowel glasvezel als draadloos, van belang voor krimpregio’s. Dit is een voorwaarde om de kansen die bijvoorbeeld het nieuwe werken (thuis en op afstand werken) biedt, te kunnen benutten. Voor onderdelen van de vrijetijdssector zijn weer andere aspecten belangrijk, zoals het verbinden van verschillende waterwegen of het voor het publiek toegankelijk maken van landelijke gebieden.

Onderwerpen:

Auteur: Redactie

Reageren op dit artikel is niet mogelijk.

Bevolkingskrimp leidt niet tot minder verkeer - VerkeersNet

Bevolkingskrimp leidt niet tot minder verkeer

Krimp van de bevolking leidt niet per definitie tot minder verkeer. Een toenemende welvaart stimuleert meer autobezit en -gebruik. Ook resulteert een toenemende arbeidsparticipatie van vrouwen en de daarmee gepaard gaande combinatie van arbeid en zorg (kinderen halen en brengen, etc.) in meer autogebruik. Per saldo neemt de mobiliteit hierdoor nog toe, ook in regio’s waar de bevolkingsomvang terugloopt. Dit schrijft de SER in het ontwerpadvies ‘Bevolkingskrimp benoemen en benutten’.

Een van de conclusies is dat de ontwikkeling wel vraagt om meer vraagafhankelijke vervoersystemen. In regio’s in het landelijk gebied zal het reguliere openbaar vervoer verder onder druk komen te staan. Dit raakt vooral 65-plussers, minder valide personen en jongeren (scholieren). Een groter aanbod van vraagafhankelijke vervoersystemen, zoals de regiotaxi, kan hier gedeeltelijk in voorzien. Vanwege de lage bevolkingsdichtheid en daardoor lage bezettingsgraad is het niet reëel om alle heil van het openbaar vervoer te verwachten. Beleid gericht op concentratie en (her)spreiding van onderwijs en andere voorzieningen dient rekening te houden met een goede bereikbaarheid, vooral voor die groepen die van zichzelf minder mobiel zijn. Mogelijk liggen hier kansen voor innovatieve ondernemers. Ook burgerinitiatieven kunnen hierbij een rol spelen. Ook een adequate infrastructuur is nodig. Externe ontsluiting is ook voor regio’s met lage bevolkingsdichtheden van groot belang. Zeker als voorzieningen en diensten sterker gebundeld en geconcentreerd worden, is, met inachtneming van de landschappelijke kwaliteit, een goede ontsluiting onontbeerlijk om de toegankelijkheid en bereikbaarheid te verzekeren. Naast fysieke infrastructuur is een optimale digitale ontsluiting, zowel glasvezel als draadloos, van belang voor krimpregio’s. Dit is een voorwaarde om de kansen die bijvoorbeeld het nieuwe werken (thuis en op afstand werken) biedt, te kunnen benutten. Voor onderdelen van de vrijetijdssector zijn weer andere aspecten belangrijk, zoals het verbinden van verschillende waterwegen of het voor het publiek toegankelijk maken van landelijke gebieden.

Onderwerpen:

Auteur: Redactie

Reageren op dit artikel is niet mogelijk.