Thuiswerken niet altijd productiever
Thuiswerken kent een optimum in de hoeveelheid tijd dat er wordt thuisgewerkt. Volledig thuiswerken lijkt op korte termijn gunstig voor de productiviteit, maar de productiviteit neemt na enige tijd weer af en kan zelfs minder worden vergeleken met ‘niet thuiswerken’. Dit is een van de resultaten van de TNO-expertmeeting over effecten van Het Nieuwe Werken.
Steeds meer organisaties gaan over op tijd en plaats onafhankelijk werken. Toch is er nog veel onduidelijkheid over de effecten van Het Nieuwe Werken (HNW) op productiviteit en vitaliteit van werknemers. Wetenschappelijke literatuur is nog schaars, gaat slechts in op enkele maatregelen en is niet altijd eenduidig. Inzicht in de effecten kan voor organisaties houvast geven bij het maken van keuzes en het doen van investeringen voordat men overgaat op HNW. TNO doet onderzoek naar de effecten van HNW.
Om de effecten van HNW inzichtelijk te maken bracht TNO experts op het terrein van HNW bijeen. De conclusie is dat activiteit gerelateerd werken – waarbij de werkplek aansluit bij de activiteit- mits goed doorgevoerd een positief en blijvend effect kan hebben op de productiviteit. Denk daarbij aan een concentratietaak in een stilte/concentratieruimte of thuis, en informeel overleg in een informele/lounge ruimte. Maat thuiswerken kent een optimum in de hoeveelheid tijd dat er wordt thuisgewerkt. Volledig thuiswerken lijkt op korte termijn gunstig voor de productiviteit, maar de productiviteit neemt ook weer af en wordt minder dan bij ‘niet thuiswerken’. Dit komt doordat binding met het bedrijf en samenwerken met collega’s sterk verminderen. Gedeeltelijk thuiswerken geeft wel een blijvend positief effect op de productiviteit omdat binding en samenwerking behouden blijven.
.