Rijkswaterstaat heeft onderzoek gedaan met slimme camera’s die de situatie op de weg kunnen ‘lezen’ waardoor het openen en sluiten van spitsstroken sneller, makkelijker en veiliger is.

Slimme software die is aangesloten op de bestaande camera’s leert afwijkende situaties te detecteren zoals een pechgeval of afgevallen lading.

De wegverkeersleider in de verkeerscentrale krijgt een signaal van de slimme camera en kan meteen reageren door bijvoorbeeld een spitsstrook te sluiten. De software is ook in staat om de verkeersdrukte te meten en op basis hiervan te besluiten om een spitsstrook te openen of juist te sluiten.

Rijkswaterstaat opent een spitsstrook als er per uur meer dan 1350 auto’s per rijstrook passeren. Dit stelt een wegverkeersleider vast via actuele meetgegevens en camerabeelden. In de huidige situatie inspecteert een wegverkeersleider het hele open te stellen traject op de aanwezigheid van voertuigen en voorwerpen. Voor het project ‘Slimme Camera’s’ is op een traject op de A2 in Limburg onderzocht of het mogelijk is om het hele proces rond het inspecteren, openen en sluiten van spitsstroken te automatiseren.

De resultaten van de 1ste experimenten zijn positief: de slimme camera’s zijn goed in staat om voertuigen te detecteren, de verkeersdrukte en snelheid van voertuigen te meten en overdag afwijkende situaties te detecteren. Het onderzoek is een 1ste stap op weg naar het daadwerkelijk inzetten van slimme camera’s. Rijkswaterstaat verwacht slimme camera’s in de toekomst voor meer situaties in te kunnen zetten. De software zou bijvoorbeeld voertuigen kunnen detecteren die te hoog zijn voor een tunnel.