Ouders moeten meer helpen bij verkeersopvoeding
Verkeerseducatieprojecten hebben vaak een bescheiden effect. Ouders vervullen vaak een belangrijke taak in het begeleiden en wegwijs maken van hun jonge kind in het verkeer, en vervullen bovendien een belangrijke voorbeeldrol. Daarom is het essentieel om, meer dan nu het geval is, de ouders te betrekken bij het verkeersonderricht aan hun kinderen, aldus de SWOV.
De SWOV bekeek wat er voor nodig is om ouders een grotere rol te geven bij de verkeersopvoeding van kinderen in de leeftijd van 4 tot 12 jaar. Dat blijkt makkelijker gezegd dan gedaan, van er ontbreekt nog de nodige kennis op dit vlak. Er ontbreekt bijvoorbeeld een compleet, systematisch overzicht van de vaardigheden en beperkingen van 4-12-jarigen in het verkeer. Ook de ouders zelf hebben daar onvoldoende kijk op. En ook weten ouders waarschijnlijk onvoldoende over de mogelijkheden en gevaren van het verkeer in de schoolomgeving.
Ouders moeten niet alleen een actievere rol in de verkeerseducatie van hun kinderen kunnen gaan spelen; het is minstens zo belangrijk dat ze dat willen. Om ouders te motiveren tot een actievere rol in de verkeerseducatie van hun kinderen, kan ten eerste de beleving van verkeersveiligheid door ouders worden benut als draaggolf voor (informele) verkeerseducatie. Dit kan gedaan worden door dergelijke gevoelens aan te grijpen om ouders op het hart te drukken hoe belangrijk het is dat zij met hun kinderen oefenen in het verkeer en hoe zij de schoolomgeving kunnen gebruiken als een geschikte omgeving om kinderen aan te leren hoe ze met het verkeer moeten omgaan. Verder kan men ook trachten het gedrag van de ouders zelf te beïnvloeden. Ouders vervullen immers een belangrijke voorbeeldrol voor hun kinderen. Hierbij kan gebruik worden gemaakt van het gegeven dat veel gedrag automatisch is en dus niet het gevolg van weloverdachte beslissingen. Bij dit type gedrag zullen educatieprojecten gericht op het beïnvloeden van kennis, attitude en gedragsintentie dan ook vrij weinig impact hebben. Er zijn wel andere methoden die op automatische gedrag van invloed kunnen zijn, bijvoorbeeld door mensen te benaderen met informatie op momenten dat die de routine als vanzelf al wordt onderbroken (verhuizing, geboorte kind). Omdat er nog veel moet worden uitgezocht over de juiste aanpak, raadt de SWOV aan een pilotproject op te zetten met een beperkt aantal ouders.