
Snelheidscamera’s reduceren letselongevallen met 20 procent
Uit verschillende studies in binnen- en buitenland blijkt dat snelheidscamera’s de verkeersveiligheid vergroten. Gemiddeld daalt het aantal letselongevallen met circa 20 procent op de betreffende wegvakken.
Dit blijkt uit een overzicht van de SWOV, die een aantal onderzoeken op een rij zette in een nieuwe factsheet. Er zijn in Nederland ongeveer 1400 vaste snelheidscamera’s. Die staan vooral op plaatsen met een relatief hoog aantal verkeersongevallen en/of een hoog percentage snelheidsovertreders. Het effect van zo’n camera strekt zich uit tot kilometers, soms wel tot tien kilometer, voorbij de cameralocatie. De camera’s hebben een substantieel verkeersveiligheidseffect, aldus de SWOV. Dit komt doordat er een zeer sterk verband is tussen rijsnelheid en verkeersveiligheid.
Studies in Engeland lieten bijvoorbeeld zien dat het aantal letselongevallen soms wel met 35 procent afnam. Ook in Nederland werden soortgelijke resultaten geboekt. De resultaten variëren ook afhankelijk van het cameratype: een vaste of mobiele opstelling, al dan niet verborgen, enzovoort. Gemiddeld komt de SWOV uit op een reductie van circa 20 procent.
Er is weinig onderzoek gedaan naar ongewenste bijeffecten van snelheidscamera’s, zoals het plotseling afremmen en optrekken bij een camera en migratie van ongevallen naar andere locaties. Experts sluiten echter niet uit dat dergelijke effecten optreden. Daarom is het van belang om de evaluatie van mogelijke bijeffecten mee te nemen in plannen voor cameraprojecten.
Nederlandse automobilisten vinden duidelijk zichtbare snelheidscamera’s op vaste plaatsen, meer acceptabel dan verdekt opgestelde mobiele snelheidscamera’s. In 2008 is de acceptatie van zowel vaste als mobiele cameracontrole toegenomen ten opzichte van eerdere jaren, zo constateert de SWOV.