Effecten van handhaving op verkeersveiligheid lastig hard te maken
Mede door de inzet van de regionale verkeershandhavingsteams is het verkeersgedrag de laatste jaren op diverse punten sterk verbeterd, aldus de SWOV. Maar harde bewijzen over het effect op de verkeersveiligheid zijn moeilijk boven tafel te krijgen. Daarom blijft de vraag waar de politieteams zich de komende jaren vooral op zouden moeten richten.
De handhavingsteams van de politie richtten zich tot nu toe vooral op te hard rijden, rijden onder invloed, door rood rijden en het niet dragen van autogordels of bromfietshelm. En soms houdt men zich ook bezig met andere zaken, als bellen in de auto, fietsverlichting en handhaving in 30 km/h-gebieden. Wat precies het effect van dat extra toezicht op de verkeersveiligheid is, wordt uit het SWOV rapport ‘Herijking speerpunten van de regionale Verkeershandhavingsteams’ voor de meeste maatregelen niet echt duidelijk. Zo zijn er in 2009 bijvoorbeeld 135.000 bekeuringen uitgeschreven voor handheld bellen (waarvan overigens maar een klein deel door de handhavingsteams). Het handheld bellen nam ook af maar het aantal mensen dat handsfree belt nam toe. En dat is volgens de SWOV eigenlijk net zo gevaarlijk. Ook voor bumperkleven is flink geschreven (3200 bekeuringen per jaar). Maar of verhogen van de handhavingsinspanning gunstig is voor de verkeersveiligheid hangt vooral af van hoeveel ongevallen er door bumperkleven veroorzaakt worden. ‘Lang niet alle kop-staartbotsingen zijn het gevolg van bumperkleven en zolang goed inzicht ontbreekt, kan het effect van verhoging van de handhavingsinspanning niet geschat worden’, aldus het rapport. Over het effect van acties om het gebruik van fietsverlichting te stimuleren doet de SWOV ook geen hard uitspraken. Schattingen (op basis van een Zwitsers onderzoek) wijzen uit dat het risico op een ongeval bij duisternis voor fietsers zonder licht 2 tot 5 keer hoger is dan wanneer wel het licht wordt gevoerd. ‘Maar de vraag is of dit voor Nederland opgaat.’ En over roodlichtnegatie schrijft de SOWV dat systematisch onderzoek naar de risico’s van roodlichtnegatie en de effecten van camera’s in Nederland nog niet is uitgevoerd.
Ondanks het feit dat harde cijfers veelal ontbreken stelt de SWOV dat de speerpunten snelheid-, alcohol en roodlichtnegatie nog altijd actueel zijn en dus behouden moeten worden. ‘Van deze gedragingen is immers aangetoond dat zij de kans op een verkeersongeval verhogen en dat het gedrag beïnvloed kan worden door handhaving.’ ‘Voor gordel- en helmgebruik geldt dat het draagpercentage al hoog is, en de vraag is of het mogelijk is om met aanvullende handhaving deze draagpercentages nog verder omhoog te krijgen.’ Rijden onder invloed van drugs kent een sterk verhoogd risico en handhaving op drugs zou als nieuw speerpunt benoemd kunnen worden, zo beveelt de SWOV aan. En fietsen zonder licht kent ongetwijfeld een verhoogd risico. ‘Maar over de precieze omvang van die risicoverhoging en de omstandigheden wanneer die optreden is helaas nog te weinig bekend om een intensivering van de handhaving gedegen te kunnen onderbouwen.’